Klaasje Zevenster, Volume 1

alkoof alles althans altijd alzoo antwoordde Bol bedstede Bleek blik dacht dames dien diligence Doertoghe Dominee doos Drenkelaer dunkt eenige fraai Freule gaarne gelijk geloof gember genoeg geweest gezelschap goed Grada haier hand Hardestein hebje hebt heer Snel Hendt hernam Bol hooren huis iemand iets immers indien jelui jonge lieden Juffrouw Leentje juist Katoo Keizer kind kinderen Klaasje Komeet Lammertsz laten liever logeerkamer maken Maleier meê mensch merkte Mevrouw van Eylar Mietje misschien moeder moest Nicolette noodig onze vriend oogen oogenblik Pleiaden predikant rozijnen Slikdorp stond terwijl Trui tusschen vader vervolgde vroeg Bol vroeg Eylar vroeg Leentje vrouw wanneer want weêr weet weinig wezen woord zaak zeggen zeî Bettemie zeî Eylar zeî Maurits zeide Bol zeide Donia zeide Eylar zeide Galjart zeide Hoogenberg zeide Leentje zeide Van Zevenaer zeide Van Zirik zeker zelf zelve Zevenster zien zoodanige zooveel zulk zult zuster